Zweefvliegen

Hoe ziet een zweefvlieg eruit?

Gelijkaardig aan de wesp of bij qua kleur, vorm en beharing. De zweefvlieg is meestal kleiner dan 2cm, heeft geen taille en haast ronde facetogen. De antennes zijn kort, drieledig en onbeweeglijk.

De zweefvlieg wordt vaak verward met bijen of wespen, maar is echter ongevaarlijk. De zweefvliegen hebben geen angel en kunnen dus niet steken. Hun gelijkenis is geen toeval, dit fenomeen heet mimicry. Dit betekent dat de zweefvlieg de wesp nabootst om gevaarlijker te lijken in de ogen van zijn natuurlijke vijanden.

De zweefvlieg ondergaat een unieke ontwikkeling. De vrouwtjes leggen hun eizakjes af op ondiep, vervuild water, waarna een larve groeit die de 'rattenstaartlarve' heet. Meeste waterinsecten hebben het moeilijk te overleven in vervuild of zuurstofarm water maar de rattenstaartlarve vindt hierin een gepaste leefomgeving. Het is een 2 cm lange larve die ademhaalt via een fijne, uitschuifbare buis die tot wel 15cm lang kan worden (hieraan heeft ze haar naam te danken).

Ze voedt zich met rottend organisch materiaal, in het water opgeloste stoffen en plankton. In het voorjaar kruipt de larve dan op het droge, waarna ze gaat verpoppen. De vrouwtjes overwinteren soms in gebouwen, waardoor het voorkomt dat in gierkelders of waterachtige kelders heel wat rattenstaartlarven leven.

Verander uw land

    bel nu 0800 96 900